vrijdag 8 januari 2010

Mevrouw de Jong



‘Wat denkt u er nou allemaal zelf van, mevrouw de Jong?’ Deze vraag krijg ik wekelijks, na een enkele column zelfs dagelijks. Hij gaat gepaard met een meewarige blik. Mijn slager, mijn kapper, zelfs mijn baas staren naar mij, alsof ik jaren seksloos door het leven ga. Zij zouden mij best die verfrissende beurt willen geven, zegt hun blik. Die waanzinnige vrijpartij waar ik zo hijgerig naar schijn te verlangen, maar die ik meneer de Jong alsmaar weiger.
Ik reageer met een betoverende glimlach. Dat is afgesproken met meneer de Jong. “Dan lezen ze mij de volgende week tenminste weer, liefje,” is zijn reactie, als ik aangeef daar soms wel moeite mee te hebben. Terwijl ik daarna op mysterieuze wijze mijn wenkbrauwen optrek, zou ik veel liever mijn slager, kapper en baas opbiechten wie er werkelijk schuil gaat achter deze zaterdagse hitserigheid.
Zoals afgelopen vrijdagochtend: Voordat onze pubers in staat waren iets op te vangen, wat zij aanduiden met de term “bejaardenseks”, sloop ik naar beneden om meneer de Jong te verrassen met champagne en beschuit. Als hij eenmaal aan de gang is, kan hij namelijk erg opgewonden raken van achtergrondgekraak. Bij een knisperende kruimel tussen zijn klokkenspel breekt de hel los. Dus schoof ik iets later mijn hand onder zijn pyjamajas en wreef enkele kruimels tegen zijn warme blote rug; een knisperend voorspel.
‘Niet nu,’ zei hij slaperig zuchtend.
Ik wachtte even, wetende dat meneer de Jong tijd nodig heeft om zich voor te stellen wat ik mogelijk nog meer van plan zou kunnen zijn. Ondertussen liet ik zacht de kurk van de champagne ploffen. De bubbels die over de rand gulpten, slurpte ik naar binnen en hield ik in mijn mond. Ik boog me over hem heen en kuste zijn droge lippen.
Hij smakte een paar keer. ‘Sorry, liefje,’ mompelde hij. ‘Vandaag is de deadline, dan krijg ik hem echt niet de hoogte in.’
Ik wierp een blik op de wekker; nog tien minuten voordat het kroost materiaal in handen zou krijgen waarmee ze meneer de Jong verder in het moeras van zijn midlife zouden duwen. Naakt schoof ik tegen hem aan en duwde mijn neus in zijn hals. ‘Wat heb jij onze cavia gisteravond in zijn oor gefluisterd?’
Ruw duwde hij me van zich af. ‘Vijfhonderd woorden moet ik schrijven en ik heb er nog geen een!’
‘Onze cavia heeft een erectie van wel anderhalve centimeter!’
Ineens zat meneer de Jong rechtop in bed. ‘Anderhalve centimeter?!’
‘Ssttt! Je maakt ze wakker!’
‘Wie, de cavia?’ Hij zocht naar zijn bril. ‘Die is de hele nacht al wakker kan ik je verzekeren!’
‘Onze kinderen,’ fluisterde ik, ‘die we maakten toen jij nog…’
Meneer de Jong schoot in zijn pantoffels en wierp me een kushand toe. ‘Je bent mijn muze!’
Ik schonk hem dezelfde glimlach als die aan mijn slager, mijn kapper en mijn baas. En terwijl ik de champagne aan mijn mond zette, klonk beneden aan de trap: ‘Hij is zeker drie centimeter!’